Nieuws
Perscommuniqués
Colloquium
Laatste 5 gegevensbanken
Publicaties
Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.
De startnota voor de doorrekening van de verkiezingsprogramma's beoogt de beginselen van de wet van 22 mei 2014, gewijzigd door de wet van 30 juli 2018, in herinnering te brengen, en die in een historische context te situeren. Deze nota beschrijft eveneens het proces dat het Federaal Planbureau, in samenwerking met de contactpersonen van de politieke partijen, heeft opgestart om de wet operationeel te maken. Vervolgens worden de twee fasen van de doorrekening beschreven: de eerste fase heeft betrekking op de raming van de budgettaire impuls en de tweede fase op de impactanalyse. Tot slot worden de verdiensten en de beperkingen van de oefening besproken.
Andere publicaties - DC2019_START_NOTE (fr), (nl),
Dit rapport stelt de macro-economische en -budgettaire impact op middellange termijn voor van het optrekken van de federale sociale minimumuitkeringen tot de armoededrempel. Het werd gerealiseerd op vraag van de Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten.
Rapporten - REP_MINIMA_11760 (mix),
Deze paper geeft een niet-technische beschrijving van het PLANET-model, met een focus op beleidsanalyse in de transportsector. De werking van de verschillende modules, alsook van de belangrijkste gedragseffecten, modeldimensies en beleidsvariabelen wordt gepresenteerd. Er wordt ingegaan op een aantal specifieke gevallen die belangrijk zouden kunnen zijn voor de doorrekening van de verkiezingsprogramma’s, met name de behandeling van de fiscale uitgaven voor transport in de directe belastingen en de invoering van een geografische dimensie. Tot slot geven we de resultaten van enkele illustratieve beleidsscenario’s.
Working Papers - DC2019_WP_06 (fr), (nl),
Sinds 2015 beschikt het Federaal Planbureau over Crystal Super Grid, een model met een hoge temporele resolutie waarmee de elektriciteitssector in detail kan worden bestudeerd. Het model werd ontwikkeld door Artelys, een Frans energieconsultingbureau dat binnen een vierjarig raamcontract modelmatige projecten uitwerkt voor de Europese Commissie.
Binnen het Federaal Planbureau werd geïnvesteerd in de expertiseopbouw om het model te hanteren en in te zetten voor diverse elektriciteitsgerelateerde vraagstukken. Een dergelijk model is een onmisbaar element in de evaluatie van toekomstige energiesystemen waarin verwacht wordt dat de elektrificatie van de samenleving zal toenemen als antwoord op de uitdagingen die de klimaatverandering stelt.
Working Papers - DC2019_WP_05 (fr), (nl),
In het kader van de doorrekening van de verkiezingsprogramma’s zal het projectiemodel PROMES van het Federaal Planbureau worden ingezet om de budgettaire impact te berekenen van beleidsmaatregelen binnen het domein van de publieke gezondheidszorguitgaven. PROMES is een microsimulatiemodel dat gebruik maakt van administratie gegevens over uitgaven voor geneeskundige verzorging op individueel niveau. Het model laat toe om de impact van beleidsmaatregelen gericht op de totale uitgaven voor geneeskundige verzorging van de ziekte- en invaliditeitsverzekering of op specifieke uitgavengroepen te berekenen. Dit document schetst de kenmerken, structuur en simulatiemogelijkheden van het model. Ter illustratie van de werking van het model worden, naast de resultaten van het basisscenario, simulatieresultaten voor een voorbeeldmaatregel gepresenteerd.
Working Papers - DC2019_WP_04 (fr), (nl),
In het kader van de doorrekeningsoefening wordt de impact van een aantal beleidsmaatregelen, voorgesteld door de politieke partijen, op het beschikbaar inkomen berekend met behulp van administratieve microgegevens. Deze aanpak laat toe om de impact van de bestudeerde maatregelen te verbijzonderen naar individuele en huishoudkarakteristieken. De beleidsmaatregelen waarvan de impact op het beschikbaar inkomen wordt doorgerekend zijn maatregelen die zich situeren binnen het domein van de sociale zekerheid en sociale bijstand, aangevuld met de regelgeving inzake kinderbijslag, de bijdrage- en inhoudingsregels die toegepast worden op deze uitkeringen en de regels inzake personenbelasting. Het instrument dat voor deze berekeningen wordt ingezet is het microsimulatiemodel EXPEDITION. De voorliggende nota beschrijft de belangrijkste eigenschappen van het model EXPEDITION en illustreert de werking van het model op basis van twee simulaties.
Working Papers - DC2019_WP_03 (fr), (nl),
In het kader van de ‘doorrekening van de verkiezingsprogramma’s 2019' zal het dynamisch stochastisch algemeen-evenwichtsmodel QUEST III R&D gebruikt worden om de effecten op lange termijn te simuleren van structurele maatregelen die door de politieke partijen worden voorgesteld. Dit document geeft een samenvatting van de kenmerken van het model, presenteert de structuur ervan en de belangrijkste transmissiemechanismen en beperkingen. Vervolgens wordt de werking van het model geïllustreerd aan de hand van vier gestileerde structurele hervormingen.
Working Papers - DC2019_WP_02 (fr), (nl),
Het econometrische model HERMES van het Federaal Planbureau zal worden gebruikt om de macroeconomische impact en de invloed op het begrotingsresultaat en de overheidsschuld te berekenen van de maatregelen in de prioriteitenlijst van elke politieke partij in het kader van de ‘doorrekening van de verkiezingsprogramma’s 2019'. Dit document geeft een samenvatting van de kenmerken van het model, presenteert de structuur ervan en de belangrijkste transmissiemechanismen en beperkingen. Vervolgens wordt de werking van het model geïllustreerd aan de hand van enkele economische beleidsvarianten. In een tweede deel wordt de procedure voor het opstellen van het referentiescenario beschreven en worden de belangrijkste resultaten van de economische vooruitzichten van juni 2018 voorgesteld. Die evoluties vormen de prefiguratie van het referentiescenario op basis waarvan de macro-economische impact van de prioritaire maatregelen van de politieke partijen zal worden geëvalueerd.
Working Papers - DC2019_WP_01 (fr), (nl),
Overeenkomstig de wet van 21 december 1994 is het Federaal Planbureau (FPB), binnen het kader van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR), verantwoordelijk voor de opmaak van de vijfjaarlijkse input-outputtabellen. In deze publicatie worden de input-outputtabellen tegen lopende prijzen voor het jaar 2015 voorgesteld, opgesteld volgens de ESR 2010-methodologie en in NACE REV. 2/ CPA 2.1.
Andere publicaties - OTH_IOT2015 (fr), (nl),
De Europese Verordening 538/2014 (tot wijziging van Verordening 691/2011) verplicht de lidstaten van de Europese Unie om vanaf 2017 zes milieu-economische rekeningen aan Eurostat te leveren. Het gaat om drie rekeningen die reeds sinds 2013 moeten worden overgemaakt: de rekeningen voor milieubelastingen naar economische activiteit (Environmental Taxes by Economic Activity, ETEA), de luchtemissierekeningen (Air Emissions Accounts, AEA) en de materiaalstroomrekeningen voor de gehele economie (Economy-Wide Material Flow Accounts, EW-MFA), aangevuld met drie rekeningen die vanaf 2017 moeten worden geleverd: de rekeningen voor de milieugoederen en dienstensector (Environmental Goods and Services Sector, EGSS), de uitgavenrekeningen voor milieubescherming (Environmental Protection Expenditure Accounts, EPEA) en de fysieke-energie¬stroom¬rekeningen (Physical Energy Flow Accounts, PEFA).
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de uitgavenrekeningen voor milieubescherming voor de jaren 2014-16.
Andere publicaties - REP_EPEA2018 (fr), (nl),
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de rekening voor de materiaalstroomrekeningen voor de gehele economie voor de jaren 2008-16.
Andere publicaties - REP_EWMFA2018 (fr), (nl),
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de rekeningen voor de milieugoederen en -dienstensector voor de jaren 2014-2016.
Andere publicaties - REP_EGSS2018 (fr), (nl),
De website www.innovationdata.be verzamelt een reeks indicatoren die de vooruitgang op het vlak van innovatie beschrijven voor België en zijn gewesten. De gegevens voor de buurlanden en het Europese gemiddelde zijn ook beschikbaar. De indicatoren met betrekking tot human resources tonen onder meer dat het aandeel personen met een diploma hoger onderwijs in België boven het Europese gemiddelde ligt.
Artikels - Article 20181127
De aankondiging van ENGIE, de operationele uitbater van de 7 nucleaire reactoren op Belgische bodem, op vrijdag 21 september 2018 dat de nucleaire eenheid T3 vijf maanden langer zal stilliggen dan verwacht (tot 1 maart 2019), T2 tot begin juni 2019 niet operationeel zal zijn en T1 eind oktober een geplande onderhoudsbeurt zal ondergaan, heeft een niet te ontkennen impact op het Belgische elektriciteitsproductiepark. Eerder werd al gecommuniceerd dat ook D1, D2 en D4 tot december 2018 zullen stilliggen. In de praktijk betekent dat dat de hele maand november 2018 slechts 1 van de 7 kernreactoren in staat zal zijn om stroom te leveren. Gegeven het grote aandeel van nucleaire energie in de binnenlandse elektriciteitsopwekking en het wegvallen van 85% van deze capaciteit tijdens de winterperiode dient de toereikendheid van het aanbod om de vraag op elk moment te voorzien nauwkeurig opgevolgd te worden. Dat is des te meer het geval omdat een volledig uitvallen van de stroom in België een erg grote economische kost veroorzaakt.
Artikels - Article 20181003
De Europese Verordening nr. 691/2011 (gewijzigd door Europese Verordening nr. 538/2014) verplicht de lidstaten van de Europese Unie vanaf 2017 zes milieu-economische rekeningen aan Eurostat te leveren. Het gaat om de drie rekeningen die sinds 2013 moeten worden geleverd, namelijk de rekening voor milieubelastingen naar economische activiteit (Environmental Taxes by Economic Activity, ETEA), de luchtemissierekeningen (Air Emissions Accounts, AEA) en de materiaalstroomrekeningen voor de gehele economie (Economy-Wide Material Flow Accounts, EW-MFA), maar ook de drie rekeningen die vanaf 2017 moeten worden geleverd, namelijk de rekeningen van de milieugoederen- en -dienstensector (Environmental Goods and Services Sector, EGSS), de uitgavenrekeningen voor milieubescherming (Environmental Protection Expenditure Accounts, EPEA) en de fysieke energiestroomrekeningen (Physical Energy Flow Accounts, PEFA).
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de fysieke-energiestroomrekeningen voor de jaren 2014-2016.
Andere publicaties - REP_PEFA2018_11768 (fr), (nl),
De Europese Verordening nr. 691/2011 (gewijzigd door Europese Verordening nr. 538/2014) verplicht de lidstaten van de Europese Unie om vanaf 2017 zes milieu-economische rekeningen aan Eurostat te leveren. Het gaat om drie rekeningen die reeds sinds 2013 moeten worden overgemaakt: de rekeningen voor milieubelastingen naar economische activiteit (Environmental Taxes by Economic Activity, ETEA), de luchtemissierekeningen (Air Emissions Accounts, AEA) en de materiaalstroomrekeningen voor de gehele economie (Economy-Wide Material Flow Accounts, EW-MFA), aangevuld met drie rekeningen die vanaf 2017 moeten worden geleverd: de rekeningen voor de productie van milieugoederen en -diensten (Environmental Goods and Services Sector, EGSS), de uitgavenrekeningen voor milieubescherming (Environmental Protection Expenditure Accounts, EPEA) en de fysieke-energiestroomrekeningen (Physical Energy Flow Accounts, PEFA).
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de rekeningen voor de milieubelastingen naar economische activiteit voor de jaren 2008-2016.
Andere publicaties - REP_ETEA2018_11763 (fr), (nl),
Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) presenteert in deze publicatie de luchtemissierekeningen voor de jaren 2008-2016.
Andere publicaties - REP_AEA2018_11767 (fr), (nl),
Voor een meer verfijnde analyse van de integratie van het concurrentievermogen en de waardeketens presenteert deze Working Paper een op microgegevens gebaseerde opsplitsing van de bedrijfstakken van de verwerkende nijverheid in de Belgische aanbod- en gebruikstabellen en input-outputtabellen van 2010 in uitvoergerichte industriële ondernemingen en industriële ondernemingen gericht op de binnenlandse markt. Uitvoergerichte ondernemingen worden gedefinieerd als ondernemingen die minstens 25 % van hun omzet exporteren. Uit de analyses op basis van de resulterende uitvoer-heterogene IOT komen verschillen tussen die twee groepen ondernemingen naar voren in termen van inputstructuur en invoergedrag: uitvoergerichte bedrijven vertonen een lagere verhouding tussen toegevoegde waarde en output, en ze voeren verhoudingsgewijs meer in van de intermediaire producten die ze gebruiken. Verder genereert de export van uitvoergerichte bedrijven heel wat toegevoegde waarde in andere Belgische ondernemingen, in het bijzonder in ondernemingen uit de dienstensector. De beleidsimplicatie van deze resultaten is dat het externe concurrentievermogen niet alleen afhankelijk is van uitvoerders, maar ook van ondernemingen die hoofzakelijk de binnenlandse markt bedienen. Om het effect van exportpromotie te maximaliseren in termen van binnenlandse toegevoegde waarde, moet bijgevolg de volledige waardeketen van de uitvoerproductie in rekening worden gebracht.
Working Papers - Working Paper 11-18 (en),
Deze working paper illustreert de werking van het HERMES-model aan de hand van acht beleidsvarianten. De hier voorgestelde maatregelen worden gesimuleerd ten opzichte van een referentiescenario, nl. de Economische vooruitzichten 2018-2023 (juni 2018). Ze verhogen de overheidsuitgaven of verminderen de overheidsontvangsten over een periode van vijf jaar.
Working Papers - Working Paper 10-18 (fr), (nl),
De vooruitzichten voor de Belgische economie in 2018 en 2019 zijn licht gewijzigd in vergelijking met onze junivooruitzichten. De economische groei is in beide jaren met 0,1 procentpunt neerwaarts herzien. Net als in de meeste andere eurolanden bleef de bbp-groei onder de verwachtingen in het tweede kwartaal van 2018. De werkgelegenheid zou over beide jaren samen toenemen met ruim 100 000 personen. De inflatie zou licht afkoelen van 2 % dit jaar tot 1,9 % in 2019.
Vooruitzichten - Economic outlook 2018-2019 (Sept) (fr), (nl),
Dit rapport presenteert de resultaten van de regionalisering van de nationale economische vooruitzichten van het Federaal Planbureau voor de periode 2018-2023. Net als de vorige edities is dit rapport het resultaat van een samenwerking tussen het Federaal Planbureau en de studiediensten van de drie Belgische gewesten (BISA, IWEPS en Statistiek Vlaanderen). Het multiregionaal en multisectoraal HERMREG-model dat hiervoor wordt gebruikt is een macro-econometrisch model dat een top-downbenadering volgt. HERMREG wordt volledig afgestemd op het nationale HERMES-model van het Federaal Planbureau. Dat betekent dat de nationale middellangetermijnvooruitzichten van HERMES worden opgesplitst op het niveau van de beschouwde entiteiten aan de hand van endogene regionale verdeelsleutels.
Vooruitzichten - OPHERMREG1801 (fr), (nl),
De Studiecommissie voor de Vergrijzing (SCvV) is belast met de redactie van een jaarlijks verslag over de budgettaire en sociale gevolgen van de vergrijzing. De SCvV werd opgericht in het kader van de wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds. Sindsdien werd het Zilverfonds opgeheven door de wet van 18 december 2016 tot regeling van de erkenning en de afbakening van de crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën. De Studiecommissie voor de Vergrijzing en haar missies blijven echter voortbestaan aangezien, krachtens dezelfde wet, het opschrift van de wet van 5 september 2001 wordt vervangen door “Wet tot oprichting van een Studiecommissie voor de vergrijzing en opstelling van een Vergrijzingsnota”.
Vooruitzichten - FORVERG201801 (fr), (nl),
Deze working paper analyseert de economische impact van een hervorming van de gereglementeerde professionele dienstverlening in België aan de hand van simulaties met het DSGE-model QUEST III R&D van de Europese Commissie.
Working Papers - Working Paper 09-18 (en),
In de voorbereiding van het 2018 Pension Adequacy Report door de Europese Commissie en het Social Protection Committee hebben teams uit België, Zweden en Italië samengewerkt om met hun microsimulatiemodellen mogelijke ontwikkelingen in de toereikendheid van pensioenen te simuleren, uitgaande van de scenario’s en projecties die door de AWG werden ontwikkeld. Dit rapport is dus complementair aan de simulaties van de AWG betreffende de budgettaire impact van de vergrijzing. De resultaten uit dit rapport worden samengevat in paragraaf 5.1.2 van het 2018 Pension Adequacy Report.
Rapporten - REP_11732 (en),
Deze studie beoogt de motieven van de non-take-up door de werkgevers te achterhalen aan de hand van een gemengde onderzoeksmethode: eerst werd het onderwerp verkend aan de hand van diepgaande gesprekken met de eerstelijnsactoren, vervolgens werd een administratieve enquête afgenomen bij de werkgevers en, tot slot, werden de enquêteresultaten aangevuld aan de hand van gesprekken en focusgroepen. De interpretatie van dit sequentiële design heeft elementen aangereikt om aanbevelingen te formuleren om de non-take-up te verminderen.
Working Papers - Working Paper 08-18 (fr), (nl),