Nieuws
Perscommuniqués
Colloquium
Laatste 5 gegevensbanken
Tools & info
Het FPB stelt enkele handige tools ter beschikking om informatie te zoeken op de website: zoekmachine, sitemap, JEL classification en keywords. Daarnaast vindt u hier ook de rubrieken m.b.t. het gebruik van cookies, ons gebruikershandvest en de mogelijkheid om een klacht in te dienen.
Door de COVID-19-crisis gaat het slecht met de geestelijke gezondheid van de bevolking in België. Voordien was die al zorgwekkend. Situaties van psychologische ontreddering zijn immers tussen 2004 en 2018 gestegen, depressies eveneens. En de sterfte door zelfdoding in België – hoewel dalend – blijft hoog in EU-context. Socialezekerheidsstatistieken uit de pre-COVIDperiode weerspiegelen die trends. Psychische aandoeningen verklaren sterk de stijgende trend in de langdurige arbeidsongeschiktheid. Antidepressiva en stemmingsstabilisatoren liggen aan de basis van de toenemende consumptie van terugbetaalde psychotrope geneesmiddelen. Geestelijke gezondheidsproblemen temperen de mogelijkheden van werkgelegenheids- en productiviteitsgroei en veroorzaken direct economische kosten, via uitgaven voor vervangingsinkomens en voor de behandeling van aandoeningen. Een reflectie over de post-COVID-19-strategie over geestelijke gezondheidszorg in België dringt zich op gegeven die evoluties en perspectieven.
Deze paper beschrijft de modellen van de publieke uitgaven voor acute en langdurige gezondheidszorg die op het FPB werden ontwikkeld met het oog op de projecties van deze uitgaven op middellange en lange termijn. De acute zorguitgaven worden verklaard door het inkomen, de leeftijdssamenstelling van de bevolking, de werkloosheidsgraad en de medische technologische vooruitgang. Deze laatste variabele wordt benaderd door middel van twee indicatoren, met name het aantal goedkeuringen van nieuwe geneesmiddelen (op basis van Farmanet-gegevens) en van niet-farmaceutische producten (op basis van de Amerikaanse Food and Drug Administration). Op deze laatste indicator na hebben alle genoemde determinanten een kostenverhogend effect op de acute zorguitgaven. De langdurige zorguitgaven worden verklaard door het inkomen, het aandeel van ouderen in de totale bevolking en de levensverwachting van deze ouderen. De uitgaven worden positief beïnvloed door het inkomen en de vergrijzing, waarbij de impact van deze laatste geleidelijk opschuift naar de oudste leeftijdsgroep als gevolg van de toenemende levensverwachting.
Terwijl het stijgende aandeel van de gezondheidsuitgaven als procent van het nationaal inkomen een welbekend en uitvoerig beschreven fenomeen is in de geïndustrialiseerde wereld, is het moeilijk om de effecten van de onderliggende kostendrijvers te kwantificeren. De grootste moeilijkheid is het vinden van geschikte proxies om de medisch-technologische innovatie te meten. Die laatste wordt beschouwd als een belangrijke determinant van de steeds toenemende gezondheidsuitgaven. De belangrijkste bijdrage van deze paper is het gebruik van data over goedgekeurde medische apparatuur en geneesmiddelen als indicatie voor de medisch-technologische vooruitgang. De effecten van deze variabelen op de totale reële gezondheidsuitgaven per hoofd worden geraamd aan de hand van een panelmodel voor 18 OESO-landen dat betrekking heeft op de periode 1981-2009. De resultaten bevestigen het aanzienlijk kostenverhogend effect van de medische technologie die minstens 50 % van de historische uitgavengroei kan verklaren. Het weglaten van de goedkeuringsvariabelen leidt tot een aanzienlijke opwaartse vertekening van de geraamde inkomenselasticiteit van de gezondheidsuitgaven en heeft een negatief effect op sommige modelspecificatietesten. Ondanks het totale positieve netto-effect van de technologie, is het effect van twee subgroepen van goedkeuringsvariabelen op de uitgaven duidelijk negatief. Die subgroepen kunnen als representatief voor ‘incrementele medische innovatie’ worden beschouwd, terwijl de positieve effecten betrekking hebben op ‘radicaal’ innovatieve farmaceutische producten en apparatuur. De resultaten zijn coherent met die uit andere studies die suggereren dat sommige nieuwe producten, ondanks hun hoge introductieprijs, uiteindelijk kostenbesparend kunnen zijn voor andere medische ingrepen.