Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

Economische vooruitzichten 2018-2023 - Versie van maart 2018 [ Economic outlook 2018-2023 - March 2018 - ]

Dit rapport vormt een bijdrage tot de voorbereiding van het nieuwe Stabiliteitsprogramma en van het nieuwe Nationaal Hervormingsprogramma. Het vermeldt de voornaamste resultaten van een voorlopige versie van de ‘Economische vooruitzichten 2018-2023’ die in juni 2018 gepubliceerd zullen worden.

  Auteurs

Gemeenschappelijke publicatie
 
A : Auteur, C : Contribuant

  Publicatietype

Vooruitzichten

De vooruitzichten presenteren de toekomstige evoluties in België, zowel in socio-economische, budgettaire en energiedomeinen als voor de transportvraag.

De projectie is opgesteld bij ongewijzigd beleid. Ze houdt rekening met de belangrijkste informatie inzake overheidsontvangsten en -uitgaven die beschikbaar was op 14 maart 2018. De cijfers werden op 19 maart goedgekeurd door de raad van bestuur van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR). De maatregelen van de begrotingscontrole voor 2018 konden dan ook niet in rekening worden gebracht.

De vooruitzichten voor 2018 stemmen grotendeels overeen met die van de Economische begroting 2018, die het Federaal Planbureau op 8 februari publiceerde. Niettemin werden die vooruitzichten geactualiseerd om rekening te houden met bijkomende informatie uit de nationale rekeningen voor het jaar 2017. De bbp-groeihypothesen voor de handelspartners van België in 2018 en 2019 zijn grotendeels gebaseerd op de herfstvooruitzichten van de Europese Commissie, maar werden geactualiseerd aan de hand van consensusvooruitzichten, terwijl voor de periode 2020-2023 gebruik werd gemaakt van de IMFvooruitzichten van oktober 2017.

De bbp-groei voor de eurozone als geheel zou op 2,2 % uitkomen in 2018 en op 1,8 % in 2019 (t.o.v. 2,5 % vorig jaar). Tijdens de periode 2020-2023 zou de groei verder vertragen tot gemiddeld 1,5 %. Die minder uitgesproken dynamiek moet vooral worden gezien tegen de achtergrond van een vergrijzende bevolking, die de bevolkingstoename op arbeidsleeftijd afremt.

De Belgische bbp-groei bedroeg vorig jaar 1,7 %. De Belgische economie zou in een gelijkaardig tempo groeien in 2018 en in 2019 (resp. 1,8 % en 1,7 %), waarbij vooral de particuliere consumptie aan kracht wint. De output gap, die momenteel nog negatief is, zou zich daardoor sluiten in 2019. Tijdens de periode 2020-2023 zou de Belgische economie een minder uitgesproken groei van gemiddeld 1,4 % laten optekenen, wat in lijn is met haar potentiële groei, maar licht onder de bbp-groei van de eurozone blijft. De berekening van het potentieel bbp (en dus van de output gap) is gebaseerd op de referentiemethode van de Europese Unie, maar wordt toegepast op de statistische concepten en het projectiekader van de nationale macro-economische modellen van het FPB.

Over de periode 2018-2023 zouden in totaal 240 000 banen gecreëerd worden, of gemiddeld 40 000 per jaar. Het aantal gesalarieerden in de privésector zou stijgen met 176 000, het aantal zelfstandigen met 54 000 en de werkgelegenheid in de publieke sector met 10 000 eenheden. Maatregelen gericht op het beperken van de arbeidskosten voor loontrekkenden ondersteunen de werkgelegenheidsgroei vooral tijdens de jaren 2017, 2018 en 2020. De werkgelegenheidsgraad (20-64 jaar) zou geleidelijk toenemen tot 70,3 % in 2020 – wat ruim onder de doelstelling (73,2 % in 2020) uit de EU2020 strategie blijft – en tot 71,7 % in 2023.

Het aantal werklozen (met inbegrip van de niet-werkzoekende uitkeringsgerechtigde volledig werklozen) zou over de periode 2018-2023 in totaal met 150 000 personen afnemen, rekening houdend met de verdere toename van de beroepsbevolking.

De Belgische inflatie, gemeten aan de hand van het nationaal indexcijfer van de consumptieprijzen, werd in 2016 sterk opwaarts beïnvloed door enkele uitzonderlijke factoren. De invloed van die factoren viel grotendeels weg in 2017, maar toch bleef de inflatie (2,1 %) nagenoeg stabiel als gevolg van de toename van de olieprijzen. Een verdere toename van de olieprijs resulteert in 2018 nog in een inflatie van 1,7 %, maar door een tijdelijke olieprijsdaling zou de inflatie in 2019 verzwakken tot 1,3 %. Voor de periode vanaf 2020 wordt verondersteld dat de Brentprijzen opnieuw in stijgende lijn evolueren. Tegelijk zou de onderliggende inflatie geleidelijk aantrekken als gevolg van de versnelling van de groei van de loonkosten, waardoor de totale inflatie herneemt tot 1,7 % op middellange termijn.

Het tekort van de gezamenlijke overheid viel in 2017 terug tot 1,1 % van het bbp, zou dit jaar hernemen tot 1,4 % en zich vervolgens min of meer stabiliseren rond 1,7 %. De overheidsschuld in procent van het bbp zou verder dalen en vanaf 2021 minder dan 100 % bedragen.

De rest van het rapport is als volgt ingedeeld. Afdeling 2 beschrijft de hypothesen inzake de internationale omgeving, de demografie, de arbeidsmarkt en de overheidsfinanciën. In afdeling 3 wordt de FPBraming voor de output gap van de Belgische economie vergeleken met de raming die de Europese Commissie in november 2017 publiceerde. Ten slotte bevat afdeling 4 de tabellen die gevraagd worden in het kader van het Stabiliteitsprogramma (tabellen 1 tot 8), alsook een tabel met resultaten in het kader van het Nationaal Hervormingsprogramma (tabel 9).

  Verwante documenten

    None

  Beschikbare gegevens

None

Please do not visit, its a trap for bots