Page Title

Nieuws

Deze rubriek toont alle actualiteit m.b.t. het FPB, gaande van de meest recente studies, persberichten, en artikels tot aankondigingen van toekomstige publicaties, workshops, colloquia…

Indicatoren, doelstellingen en visies van duurzame ontwikkeling (26/10/2009)

!

Bovenstaande HTML-versie van het communiqué bevat doorgaans niet alle informatie van de PDF-versie. Voor een volledige versie (met grafieken en tabellen), download het communiqué in PDF-formaat hieronder of in het kader 'PDF & downloads' rechtsbovenaan.

Indicatoren om de ontwikkeling van de samenleving te beoordelen, staan centraal in het vijfde Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling. Het rapport draagt bij tot het debat over instrumenten om de vooruitgang te meten en formuleert aanbevelingen voor de beleidsmakers. Het besluit dat het onmogelijk is alle informatie in één enkele indicator of in een paar indicatoren samen te vatten. Zelf presenteert het rapport een tabel met 88 indicatoren waarvan het de trends onderzoekt in de richting van doelstellingen van duurzame ontwikkeling. Het rapport bevat ook een beknoptere tabel.

  • Voldoende aantal indicatoren is noodzakelijk om ontwikkeling te beoordelen
  • Indicatoren tonen de trends van de veranderingen in de samenleving en het beleid
  • Bij elke overheidsmaatregel meteen indicatoren bepalen om de uitvoering te volgen
  • Gebrek aan langetermijnvisie en coherente doelstellingen belemmeren duurzame ontwikkeling

Volgens bepaalde stemmen in het indicatorendebat kan de ontwikkeling van de samenleving beoordeeld worden aan de hand van één enkele of een paar synthetische indicatoren. Het vijfde Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling onderzoekt enkele van die synthetische indicatoren, onder meer de ecologische voetafdruk en de index van de menselijke ontwikkeling.

Voldoende aantal indicatoren

Het rapport maakt duidelijk dat het moeilijk of zelfs onmogelijk is sociale, milieu- en economische informatie samen te voegen in één enkele indicator. Het laat ook zien dat niet alle indicatoren even geschikt zijn om er het beleid op te baseren.

Het rapport waarschuwt voor het gebruik van een te klein aantal indicatoren. Daardoor wordt immers de informatie gereduceerd en dat geeft een onvolledig beeld van de samenleving. De vooruitgang in de richting van een duurzame ontwikkeling volgen, vereist dus een voldoende aantal indicatoren. Daarbij pleit het rapport ervoor tegelijk een uitgebreide en een beknopte indicatorentabel aan te nemen. Die indicatoren moeten samen een beeld geven van de complexiteit van de samenleving en ze moeten de beleidsprioriteiten en de diversiteit van de problematieken van duurzame ontwikkeling weerspiegelen.
Het rapport presenteert een beknopte tabel met 18 sleutelindicatoren die gekozen werden uit de uitgebreide tabel met 88 indicatoren van duurzame ontwikkeling. Die twee tabellen bevatten overigens een aantal synthetische indicatoren.

Veranderingen in samenleving en beleid

Het rapport stelt sinds 2000 een aantal gunstige veranderingen in de consumptie en productie vast. Het toegenomen aandeel van hernieuwbare energie in het totale energieverbruik is daarvan een voorbeeld.

Tussen 2000 en 2007 is de toestand van de hulpbronnen waarop de ontwikkeling steunt maar weinig verbeterd. Wat de menselijke hulpbronnen betreft, bedraagt het armoederisico 15% van de totale bevolking (2007). Ook de toestand van de milieuhulpbronnen blijft zorgwekkend op het vlak van luchtvervuiling en biologische diversiteit. De economische hulpbronnen staan eveneens onder druk. Zo evolueerde de overheidsschuld nog betrekkelijk gunstig tot 2007, maar sindsdien is die schuld opnieuw beginnen toe te nemen.

Het rapport wijst er eveneens op dat de antwoorden van de overheid om bepaalde uitdagingen van duurzame ontwikkeling aan te pakken vaak onvoldoende blijven. De uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling en de officiële ontwikkelingshulp zijn nog ver verwijderd van de doelstellingen die de regering daarover goedkeurde.

Het rapport beveelt ook aan bij elke overheidsmaatregel meteen indicatoren aan te nemen waarmee de uitvoering van het beleid kan gevolgd worden.

Visies en doelstellingen

Met indicatoren kunnen de trends van de ontwikkeling van de samenleving gemeten worden. Van de 88 indicatoren in het rapport zijn er 54 waarvan de trends geanalyseerd konden worden ten opzichte van strategische doelstellingen van duurzame ontwikkeling. Van 17 van die indicatoren konden de trends beoordeeld worden ten opzichte van precieze cijferdoelen met een vastgelegde termijn.

Om te evalueren of de trends van de indicatoren in de richting van een duurzame ontwikkeling gaan, zijn immers ook doelstellingen nodig (al zijn er wel indicatoren die belangrijke informatie geven zonder dat er een doelstelling aan verbonden is). Daarom onderzocht het rapport doelstellingen die werden aangenomen in de strategieën voor duurzame ontwikkeling van het federale België, de Europese Unie en de Verenigde Naties.

Een belangrijke vraag is of alle doelstellingen van duurzame ontwikkeling wel samen realiseerbaar zijn. Ze werden immers los van elkaar aangenomen om specifieke problemen van duurzame ontwikkeling op te lossen. Het rapport onderstreept dat gebrek aan coherentie tussen de doelstellingen een hinderpaal voor duurzame ontwikkeling vormt. Indicatoren en doelstellingen moeten dus geïntegreerd worden in coherente visies op de ontwikkeling van de samenleving, zowel op internationaal als nationaal niveau.

Daarom beveelt het rapport aan het maatschappelijk debat over langetermijnvisies voor duurzame ontwikkeling aan te moedigen. Een dergelijk debat tussen verschillende visies vergroot immers de kans op de aanneming van een geheel van coherente doelstellingen en op een consensus over het te voeren beleid. Het bevordert ook de kansen om synergieën te vinden bij de uitvoering van dat beleid.

De Task Force Duurzame Ontwikkeling van het Federaal Planbureau stelt de Federale rapporten inzake duurzame ontwikkeling op in het kader van de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling. Het vijfde Federaal rapport wordt op 26 oktober 2009 overhandigd aan de minister van Klimaat en Energie, bevoegd voor Duurzame Ontwikkeling die het aan de ministerraad bezorgt.

  Beschikbare gegevens

None

  Thema's

  JEL

None

  Keywords

None

Please do not visit, its a trap for bots